Siena Jazz International Summer Workshop viert dit jaar zijn 54e editie van 24 juli tot 6 augustus als vanouds in het Fortezza Medicea. Deze editie is opgedragen aan Franco Caroni, de oprichter van de Academie, die afgelopen januari onverwacht overleed. In de weken van het festival offreren 28 internationaal gerenommeerde docenten alles wat ze in muzikaal opzicht te bieden hebben aan meer dan 90 studenten.
Afgelopen maand sprak Jazz’halo al met de huidige artistiek directeur Jacopo Guidi. Begin augustus ben ik namens Jazz’halo live aanwezig om verslag uit te brengen in deze prachtige maar snikhete stad. Naast workshops zijn er ook uitvoeringen door de docenten van het festival, o.a. op het idyllische Piazza Provenzano voor de prachtig verlichte gevel van de Santa Maria-kerk.
Ben van Gelder, Dan Kinzelman en Simone Graziano © Tommaso Taurisano
Op voornoemde locatie speelt het internationale kwintet Frontal samen met altsaxofonist Ben van Gelder. Hij werkt hier samen met zijn landgenoot gitarist Reinier Baas. In een enkele set spelen de zes- naast Van Gelder en Baas bestaande uit de Amerikaanse tenorsaxofonist Dan Kinzelman en de uit Italië afkomstige pianist Simone Graziano, contrabassist Gabriele Evangelista en slagwerker Stefano Tamborrino- de sterren van de hemel. Het ene moment zoet en verleidelijk, het andere krachtig snel en soms ontregelend. De ene keer bewerkt Kinzelman zijn instrument alsof zijn leven ervan afhangt terwijl Van Gelder onverstoorbaar in zijn eigen tempo naast hem wandelt. De andere keer spelen ze synchroon terwijl Baas of Graziano op het pedaal trappen. Het publiek is razend enthousiast. Een toegift blijkt onvermijdelijk.
Reinier Baas: “Het is geweldig om op deze locatie en in het algemeen in Italië te mogen spelen. Het is hier voor de musicus heel fijn geregeld. Je wordt echt in de watten gelegd, daar moest ik in het begin echt wel aan wennen. Ik heb de Italiaanse scene een jaar of vijf geleden via Simone leren kennen. De Italianen zijn enorm warm, hartelijk en innemend. De losheid en de manier waarop ook in het dagelijkse leven geïmproviseerd wordt gaf me een heel goed gevoel. Ik geef hier door het jaar heen ook les aan het conservatorium. Tijdens de zomermaanden aan de internationale studenten en gedurende de rest van het jaar aan Italiaanse studenten.”
Ben van Gelder vertelt me kort voor zijn vertrek naar het vliegveld: ”Ik ben hier nu acht dagen geweest en heb zes dagen masterclasses gegeven. Siena Jazz was voor mij een succes. Een mooie omgeving en bijzondere locaties. De organisatie is erg professioneel en de studenten zijn enthousiast. Als het aan mij ligt kom ik hier weer.”
Francesco Diodati en Stefano Tamborrino © Tommaso Taurisano
Jazz’halo spreekt later ook met Claudio Palagini. Hij is de conservator van het Centro Studi A. Polillo, dat een enorme collectie boeken, muziekliteratuur, lp’s in alle formaten, cd’s, cassettebandjes, foto’s, magazines en wat al niet meer in beheer heeft. Een bonte verzameling die is ontstaan uit donaties en nalatenschappen. Paligini registreert en categoriseert alle binnengekomen muziekdragers etc. Een monnikenklus waarvoor hij in zijn eentje onvoldoende tijd heeft. In het verleden had hij negen collega’s, maar uiteindelijk droogde de financiering op en moest er in het personeel worden gesneden. We lopen naar een verzameling in wit- kartonnen kaften gestoken lp’s. “Kijk, hier hebben mijn collega’s en ik de op albumhoes ontbrekende informatie verwerkt op de kartonnen kaft. Deze informatie hebben we uit bestaande catalogi gehaald. Een klus die we al enkele jaren geleden wegens personeelsgebrek hebben moeten staken.”
Claudio wijst naar stapels dozen die overal staan opgestapeld. Daarin bevinden zich duizenden nog te registreren cd’s en lp’s. “Dat moet ook nog gebeuren. Ik heb een flinke achterstand.” We lopen door de ruimtes die bestaan uit de met vitrines gevulde begane grond en dito entresols.
We staan stil bij een jukebox. Claudio opent de onderkant en haalt een originele dollarmunt uit een bakje. Hij sluit de jukebox en geeft mij de dollar. “Kies maar wat uit.” In de jukebox bevindt zich een vijftigtal 78-toeren platen. Ik kies "Ladybird" van Charlie Parker. Drie minuten later lopen we verder. “Dit is een aanwinst voor het hele land. Siena is een kleine stad met zo’n 50.000 inwoners en is historisch gezien niet met jazz verbonden, maar Franco Caroni woonde hier toevallig en toen hij in 1977 met Siena Jazz begon had dat een aanzuigende werking op muziekliefhebbers. Het is fijn dat enthousiaste mensen het stokje uiteindelijk hebben overgenomen.”
We lopen langs enkele mappen met negatieven. “Deze zijn nooit ontwikkeld. Ik heb ze wel geregistreerd. Als iemand een nog niet gepubliceerde foto van een bepaalde artiest uit een bepaald jaar wil, dan kunnen we de foto alsnog ontwikkelen. Dat hebben we laatst gedaan voor een nieuw uitgebrachte opname van Pharoah Sanders.” Claudio laat me een zwart- wit foto zien van Pharoah die pas onlangs het licht heeft gezien. Het is te hopen dat de conservator snel assistentie krijgt. De tijd dringt en zoals deze collectie bewijst is nog lang niet alles online beschikbaar. En misschien is dat wel zo interessant, want Siena heeft het allemaal en dat rechtvaardigt een bezoek aan deze prachtige stad.
Avishai Cohen en Miguel Zenon © Tommaso Taurisano
Na het gesprek met de conservator loop ik terug naar het centrum en daar kom ik workshopdocent, drummer Stefano Tamborrino tegen. We wandelen over de markt. Ik vraag hem hoe hij zijn workshops organiseert. Hij staat inmiddels anderhalve dag voor een groep van 8 studenten. “We hebben nog geen instrument aangeraakt. Ik praat liever over de wijze waarop de deelnemers tot hun keuze zijn gekomen om de muziek in te gaan. Dat is een heel proces en bovendien heel persoonlijk. Hoe je die muziek vervolgens uitvoert is een heel ander verhaal. De techniek komt vanzelf wel. Ik ben zelf autodidact en ik houd mijn stokken nog steeds niet vast zoals het officieel hoort, maar dat maakt me niet uit. Het gaat erom wat jezelf kan toevoegen aan de muziek. Het is net als praten. Je mond beweegt, maar de tekst komt uit je hoofd, uit je hersenen. Dat is een proces dat je onder de knie moet krijgen, zo is het ook met muziek.” En zo is het ook met deze workshops, die hij voor het eerst begeleidt. Hoe de overige dagen van zijn workshops eruit zien weet hij nog niet, maar wie goed naar Tamborrino heeft geluisterd weet dat dat helemaal goed komt.
Het gesprek is ook een belangrijk ingrediënt in de workshops van saxofonist Francesco Bearzatti. Net als Tamborrino is dit zijn eerste Siena Jazz in de rol van docent. Bearzatti heeft de eerste dagen erg veel moeten praten. Hij is dat niet meer gewend sinds hij geen les meer geeft. “Ik ben afgelopen dagen vooral in gesprek gegaan over de participatie van het lichaam. Muziek ervaar je via het oor. Het hoofd is belangrijk, maar muziek moet vanuit je gevoel komen. Je kunt muziek vanaf papier lezen of muziek van albums uitschrijven en spelen, maar het begint pas echt te leven als je het kunt voelen. Dat is de improvisatie.“ Vele jaren geleden was hij hier al wel als student. “Het waren twee fantastische weken. Ik had erg veel energie, deed de hele dag mee en ging ’s avonds ook nog uitgebreid de stad in en om een slaapplaats bekommerde ik me niet.”
Dat gaat anno 2024 een tandje lager. Al weet Bearzatti op de tweede dag na zijn aankomst na een lange dag met masterclasses ook nog een daverend concert weg te geven. Hij staat samen met Stefano Tamborrino , bassist Gabriele Evangelista, pianist Ethan Iverson en trompettist Philip Dizack op het podium. In de prachtige tuin bovenop het fort laat Bearzatti het publiek horen wat improviseren is. De vijf leden brengen elk hun eigen nummer in en gezamenlijk maken ze er muzikale monumenten van die nog lang in het geheugen blijven hangen…tot de volgende keer dat ze op een compleet andere wijze en in een andere samenstelling worden uitgevoerd. Tamborrino eert zijn collega’s met het volgende compliment “bedankt dat jullie mijn nummer zoveel mooier hebben gemaakt dan het is.” In het publiek zitten ook de deelnemers aan de masterclasses. Ze maken gretig filmpjes met hun mobiel en zoomen dan vooral in op hun docenten.
En dat gebeurt ook bij de Italiaanse gitarist Francesco Diodati die samen met, wederom Tamborrino, en de Franse zangkunstenares Leïla Martial de tuinen van de Fortezza in vuur en vlam zet. Het trio laat in een set van een uur de grenzen tussen jazz, heavy metal en world music vervagen en voegt diverse ingrediënten toe om een adembenemend optreden neer te zetten.
Francesco Diodati (L) en Leila Martial (R) © Tommaso Taurisano
Later spreek ik Diodati. Hij heeft zelf de workshops twee keer gevolgd toen hij 18 was. Daar heeft hij ook trompettist Enrico Rava ontmoet waar hij tegenwoordig nog steeds mee samenwerkt.
“Ik geef de voorkeur aan het woord onderwijs boven lesgeven. Het komt van het Latijnse educere, wat betekent: wegnemen van iemand. Dat is mijn belangrijkste drijfveer als ik lesgeef: ieder van ons heeft zijn eigen identiteit en als docent wil ik dat de studenten hun eigen identiteit, hun eigen pad kunnen vinden. Ik noem het ‘oefenen om voorbereid te zijn op risico's’. De kern van mijn lessen bestaat uit het aanreiken van hulpmiddelen, zodat de leerlingen een persoonlijke taal leren te ontwikkelen en uit hun comfortzone komen. Eigenlijk is het net als in relaties: hoe sterker je eigen identiteit is, hoe meer je in staat bent om jezelf te zijn en de ander te verwelkomen.
Dit is mijn eerste jaar als docent bij de zomerworkshops en het is om vele redenen geweldig: allereerst ben ik erg enthousiast om iets te doen dat ik vele jaren geleden als student heb meegemaakt.
Bovendien bevinden zich onder de leraren enkele van mijn persoonlijke idolen sinds ik begon met spelen. Het is een geweldige kans om opnieuw met hen in verbinding te komen.
De studenten zijn van zeer hoog niveau. Ik had de kans om aan specifieke onderwerpen te werken: originele muziek, details, compositie met een van de combo-klassen. Daarnaast werkte ik gedeeltelijk samen met Miles Okazaki. Hij is een van de gitaarhelden en het was een waar genoegen om enkele lessen samen met hem op te trekken. Ook heel leerzaam voor de studenten om les te krijgen van twee professionele gitaristen.”
Ja, hoe kun je je tegenwoordig tussen al je over getalenteerde collega’s nog onderscheiden? Het gaat niet alleen over je kwaliteiten. Hoe presenteer je jezelf en hoe bereik je een zo groot mogelijk publiek? Deze vragen staan centraal in een lezing/masterclass gewijd aan promotie.
Rosanna Minafo en Robin Arends © Robin Arends
Nu mag ik zelf iets vertellen, samen met de Italiaanse journalist (Musica Jazz) en hoogleraar Alceste Ayroldi en journaliste (o.a. RAI Uno)/organisator Rosanna Minafo.
Ayroldi, die vanwege andere verplichtingen digitaal aanwezig is, trapt af met een driepuntenlijstje: 1. Wees persoonlijk, 2. Zorg dat je portfolio op orde is en 3. Hanteer de geldende omgangs- en beleefdheidsregels.
Minafo voegt er aan toe dat eigenheid de grootste kans op succes biedt. Ondergetekende doet een duit in het zakje door aan te geven dat het van belang is een zo groot mogelijk internationaal netwerk aan connecties te onderhouden. En voor sommige aanwezigen is dat al gesneden koek, want alleen maar goed zijn in je vak is in deze tijd onvoldoende.
Kort voor mijn afscheid van Siena Jazz spreek ik met de trompettist Fulviá Sigurta. Ik tref hem na het optreden van saxofoniste Melissa Aldana en haar kwartet waar we samen vol bewondering naar hebben geluisterd. Het is inmiddels de achtste keer op rij dat hij docent is en het verveelt hem nog steeds niet. “Wat ik in mijn masterclasses wil meegeven is dat je jezelf moet zijn. Je moet jezelf onderscheiden door naar jezelf te luisteren. Het is voor deze generatie zoveel lastiger dan voor mensen van mijn leeftijd (50 jaar). Het aanbod is nog veel groter dan voorheen. Ik mag me in mijn handen knijpen dat ik van de muziek kan rondkomen. Dat is tegenwoordig verre van vanzelfsprekend.”
Evengoed stappen ieder jaar weer nieuwe enthousiaste jonge talentvolle musici in het muziekvak vanuit een intrinsieke behoefte. En juist voor hen is het zo fijn dat Siena Jazz deze zomerworkshops organiseert.
SJU orkest o.l.v. Roberto Spadoni © Tommaso Taurisano
Voor de historie van Siena Jazz Summer Workshop laten we de oprichter Caroni zelf aan het woord (bron: in januari in het Italiaanse blad Jazz World gepubliceerd interview - vrije vertaling Robin Arends).
Het Sienese model
Interview met Franco Caroni, uit Musica Jazz, januari 2024
Jazz was iets voor "hardwerkende" vrijwilligers en visionairs. Acht mensen (waaronder mijn vrouw, ook een jazzliefhebber) ontmoetten elkaar op de avond van 9 september 1977 bij mij thuis en we besloten de grote vraag aan de orde te stellen: “moeten we een kleine club oprichten of kiezen we voor een vereniging?” Ik slaagde erin iedereen ervan te overtuigen dat we met een vereniging in sociaal en educatief opzicht meer zouden kunnen bereiken. Zo kozen we voor de oprichting van een vereniging zonder bureaucratische beperkingen en besloten het Siena Jazz te noemen. Een zeer fantasieloze naam, In die tijd was het de gewoonte om verenigingen te verbinden aan de naam van de steden, zoals Florence Jazz en een eerdere Siena Jazz, opgericht in de jaren zestig.
In die periode waren in veel steden tal van studentenbewegingen actief die in nauw contact stonden met ARCI (de vereniging van recreatieve clubs gefinancierd door PCI, de Italiaanse Communistische Partij) die toen zeer betrokken was bij muziek. We benaderden hen met het verzoek om ons te begeleiden bij het organiseren van concerten. Van daaruit begon een samenwerking tussen Siena Jazz en ARCI. Dat mondde uit in een eerste reeks van vier concerten. De eerste was met Claudio Fasoli ("bekend van Perigeo", zo schreven we op de poster). Ik had Fasoli half augustus ontmoet - dus vóór de oprichting van Siena Jazz - toen we met Studio Improvvisazione Perigeo hadden begeleid in het prachtige Orti Leonini van San Quirico d'Orcia. Het Perigeo-concert had me geïnspireerd, zowel vanwege de rock- als de jazzroots. Ik vroeg Fasoli of hij interesse had om voor ons te willen componeren. Hij belde me ongeveer een maand later om zijn deelname aan ons project te bevestigen. Op 1 oktober 1977 was er het eerste concert met Fasoli. Daarna volgden de concerten met Bruno Tommaso, Enrico Pieranunzi en Patrizia Scascitelli met Marvin «Bugalu» Smith. Daarnaast waren we ook nog bezig met de voorbereiding van een vijfde (met Franco D'Andrea in april 1978) toen ik in een gesprek met de wethouder voor cultuur Carlo Fini, een open en zeer belangrijk persoon, ontdekte dat D’Andrea in de jaren zestig secretaris van Siena Jazz was geweest! Dit toeval hielp me om het op de juiste manier aan te pakken. Ik stelde D'Andrea voor om onze afspraak naar augustus te verplaatsen om een echt seminar met hem, Fasoli en eventuele andere collega's te organiseren. Daarna maakten we afspraken met Bruno Biriaco en zo ontstond de eerste nationale bijeenkomst, waaraan zesendertig leden deelnamen. Het was een onverwacht succes en ik vroeg de wethouder of het de moeite waard was om het later dat jaar in december te herhalen, tussen kerst en oudjaar. Het voorstel werd geaccepteerd en vervolgens kwamen er zelfs 47 mensen in plaats van de verwachte twintig. Vanaf dat moment wist ik dat ik in een behoefte had voorzien en zo was het idee van Siena Jazz als opleidingsinstituut geboren. Die eerste seminars verbreedden we onze horizon en zo leerden we inzien dat we ook zelf nog erg onwetend waren. Vanaf dat moment trokken de seminars de eerste journalisten aan en in de daaropvolgende jaren begonnen kranten te spreken over het "Sienese model", als een vernieuwende methode voor muziekeducatie.
Locatie: Fortezza Medicea
Fortezza Medicea is een in opdracht van de befaamde Toscaanse familie de Medici gebouwd fort gelegen op een van de heuvels van Siena. Een uit metershoge flinke stevige raamloze muren opgetrokken bouwwerk met slechts een ingang.
© Robin Arends
Enkele gegevens over de deelnemers van deze 54e editie van Siena Jazz:
Het aantal docenten bedraagt: 28, waarvan 22 mannen en 6 vrouwen. Deze docenten zijn afkomstig uit de Verenigde Staten, Nederland, Italië, Japan, Duitsland, Frankrijk, Spanje, Noorwegen en Chili.
Het aantal studenten bedraagt 97, waarvan 22 vrouwen en 75 mannen.
Naast de 45 Italiaanse studenten zijn er 52 buitenlandse studenten uit: Canada, Zwitserland, Australië, Duitsland, Turkije, Armenië, Schotland, VK, Frankrijk, VS en Griekenland.
Tekst © Robin Arends - foto’s © Tommaso Taurisano / Robin Arends
In case you LIKE us, please click here:
Hotel-Brasserie
Markt 2 - 8820 TORHOUT
Silvère Mansis
(10.9.1944 - 22.4.2018)
foto © Dirck Brysse
Rik Bevernage
(19.4.1954 - 6.3.2018)
foto © Stefe Jiroflée
Philippe Schoonbrood
(24.5.1957-30.5.2020)
foto © Dominique Houcmant
Claude Loxhay
(18/02/1947 – 02/11/2023)
foto © Marie Gilon
Pedro Soler
(08/06/1938 – 03/08/2024)
foto © Jacky Lepage
Special thanks to our photographers:
Petra Beckers
Ron Beenen
Annie Boedt
Klaas Boelen
Henning Bolte
Serge Braem
Cedric Craps
Christian Deblanc
Philippe De Cleen
Paul De Cloedt
Cindy De Kuyper
Koen Deleu
Ferdinand Dupuis-Panther
Anne Fishburn
Federico Garcia
Jeroen Goddemaer
Robert Hansenne
Serge Heimlich
Dominique Houcmant
Stefe Jiroflée
Herman Klaassen
Philippe Klein
Jos L. Knaepen
Tom Leentjes
Hugo Lefèvre
Jacky Lepage
Olivier Lestoquoit
Eric Malfait
Simas Martinonis
Nina Contini Melis
Anne Panther
Jean-Jacques Pussiau
Arnold Reyngoudt
Jean Schoubs
Willy Schuyten
Frank Tafuri
Jean-Pierre Tillaert
Tom Vanbesien
Jef Vandebroek
Geert Vandepoele
Guy Van de Poel
Cees van de Ven
Donata van de Ven
Harry van Kesteren
Geert Vanoverschelde
Roger Vantilt
Patrick Van Vlerken
Marie-Anne Ver Eecke
Karine Vergauwen
Frank Verlinden
Jan Vernieuwe
Anders Vranken
Didier Wagner
and to our writers:
Mischa Andriessen
Robin Arends
Marleen Arnouts
Werner Barth
José Bedeur
Henning Bolte
Erik Carrette
Danny De Bock
Denis Desassis
Pierre Dulieu
Ferdinand Dupuis-Panther
Federico Garcia
Paul Godderis
Stephen Godsall
Jean-Pierre Goffin
Claudy Jalet
Chris Joris
Bernard Lefèvre
Mathilde Löffler
Claude Loxhay
Ieva Pakalniškytė
Anne Panther
Etienne Payen
Jacques Prouvost
Yves « JB » Tassin
Herman te Loo
Eric Therer
Georges Tonla Briquet
Henri Vandenberghe
Iwein Van Malderen
Jan Van Stichel
Olivier Verhelst