Tree Ear - Witches Butter
T
Clean Feed, 2017
Bij Tree Ear springt de aanwezigheid van Gerry Hemingway in het oog, sinds decennia een gevestigde naam in creatieve jazzmiddens. Van 1983 tot 1994 was hij de drummer in het Anthony Braxton Quartet en in 2017 vierde hij met trombonist Ray Anderson en bassist Mark Helias nog de 40ste verjaardag van hun trio BassDrumBone. Doorheen de jaren speelde hij in Amerika en Europa in zeer uiteenlopende bezettingen met gerenommeerde collega’s en opkomend talent. In Tree Ear doet hij dat met twee muzikanten die zowat 30 jaar jonger zijn dan hem. De eerste keer was tijdens een workshop aan de jazzfaculteit van de Hochschule Luzern, waaraan Hemingway sinds 2009 verbonden is. Het werd een van die trio’s die bleven samenkomen en zo’n vijf jaar later verscheen een eerste cd.
Het komt als een aparte combinatie wanneer een blazer, een gitarist en een drummer een trio vormen, maar het is een beproefde formule die zich leent voor avontuurlijke muziek. De link met Zwitserland nodigt uit om te denken aan het energieke trio met de Zwitserse trombonist Samuel Blaser, gitarist Marc Ducret en drummer Peter Bruun. Hemingway speelde ten andere ook met Blaser op diens A Mirror to Machaut, dat geïnspireerd was door Middeleeuwse composities. Daartegenover is Tree Ear van een heel andere orde, een waarbij de vorm van het muziekstuk groeit naargelang de bewegingen die opkomen bij de twee locals en de beroemde drummer. Hen gaat het erom samen te improviseren.
De link met de hoesfoto’s van de drie als heel far west geklede, pokerende cowboys zit ‘m dan ook in het samen risico’s nemen. De drie spelen naargelang de kaarten worden gedeeld en uitgespeeld. Enige associatie met country muziek of westerns moet je in hun muziek niet zoeken. Opener “Range Of Hands” begint met iets van een thriller-effect, maar daarna houdt de vergelijking met voor de hand liggende filmmuziek wel op. Je kan zeker spreken van een bijzondere sfeerschepping, een die de oren doet spitsen, bijvoorbeeld als ijzer over ijzer schuift en over lijkt te gaan in een slijpen van messen. Zoals te verwachten als het uitkomt bij Clean Feed heeft het materiaal op de cd veel te maken met uitdagende muziek.
Geluiden zijn belangrijke elementen in de zeven tracks die elkaar op Witches Butter als klankenbouwsels opvolgen. Daarbij kan de elektrische gitaar ploffen of de sax schril kwaken, gaan de vellen van de trommen wel eens aan het janken, gaat het slagwerk aldoor ritmisch en wendbaar te keer. Soms kan je je afvragen met welk instrument een bepaald geluid wordt voortgebracht of waaraan het refereert - horen we bij “Drag Light” een bel voor een dodenwake? . De onrust evolueert hier eens traag, dan weer snel, op “Big Blind” bijna uitgebeend.
Steeds is er onmiskenbaar een hechte verstandhouding in het spel en in de totaliteit van de cd vind je meer dan moeilijk te duiden spanning. Bij “Third Man Walking” neemt de basklarinet vrij melodisch het voortouw. Zangerige flarden duiken op bij “Reraise” dat de grillige improvisaties afsluit met krachtige vlagen van noise-rock.
Van Gerry Hemingway kan je hier zeggen dat hij het bekwaamste overkomt en meest zorgvuldig speelt. Dat hij de sterkste combinaties uitstrooit, geeft geen gevoel van groot overwicht omdat ook zijn jongere kompanen goede kaarten trekken en behalve zelfverzekerd heel gedoseerd hun inbreng doen.
Sebastian Strinning, tenorsaxofoon en basklarinet
Manuel Troller, elektrische gitaar
Gerry Hemingway, drums
© Danny De Bock