Pierre Vaiana – Camera Obscura
P
Igloo
De hoes met een beeld van “downtown” Manhattan in New York lijkt te wijzen op een grootstedelijke uitstap van Pierre Vaiana. Neen dus want de sopraansaxofonist blijft een poëet in hart en nieren met een zwak voor zijn Siciliaanse origine.
Nog meer verwarring ontstaat doordat de foto opgedeeld is in twee verschillende afbeeldingen die omgekeerd tegenover elkaar geplaatst zijn. Het is een rechtstreekse verwijzing naar de cd-titel die duidt op het welbepaalde optisch principe. Vaiana gebruikt het als metafoor om onze innerlijke wereld in juxtapositie op te stellen met deze die ons omringt. Een ander thema in het verlengde hiervan is licht tegenover duisternis.
Voor de uitwerking van dit alles koos Vaiana als medegezellen cellist Lode Vercampt en gitarist Artan Buleshkaj, die reeds meespeelden op het vorige album ‘“Amuri & Spiranza”. Vocalist François Vaiana en contrabassist Nicolas Thys leveren sporadisch extra aanvullingen en versterken meteen het equilibrium tussen helder en donker.
In openingstrack ‘Sur La Route De Valledolmo’, inclusief bijhorende clip die oogt als een toeristisch promofilmpje, overheerst alvast een meditatieve stemming versterkt met americana-tinten dankzij de gitaarklanken van Buleshkkaj. Vaiana’s warm sopraansaxofoongeluid sluit hierbij naadloos aan terwijl Thys en Vercampt het geheel inkaderen met hun respectievelijke snareninstrumenten. ‘Peace Is The Parth’, een citaat gehaald bij Mahatma Gandhi, gaat op dezelfde poëtische toon verder, zij het met expressievere uitwerking. Kenmerkend hier is de fraaie breekbare melodielijn waarop het nummer voortglijdt. Zelfs de clip, waarin Vaiana opduikt als eenzame bergwandelaar, ligt in het verlengde van deze voor ‘Sur La Route De Valledolmo’.
‘Luna D’Argentu’, in het Italiaans gezongen door François Vaiana, handelt over natuur en liefde en vertoont parallellen met bossa nova-idiomen. Ook van ‘Sofia’ straalt een zachte warme gloed uit. Knap hoe gitaar, contrabas en cello een kleine cel vormen binnen de geraffineerde structuur. Afsluiter van kant A is het meer vinnige ‘Pètru’ waarin Buleshkaj zijn rockachtergrond mag etaleren.
Kant B opent met het titelnummer. De tekst, geschreven door Pierre Vaiana in zowel Frans als Italiaans, wordt hoofdzakelijk parlando gebracht. ‘Cucuzza è’ baadt in licht maar Vercampt kleurt in met donkere schaduwkanten, wat een bijzondere spanningsboog oplevert. Nog intrigerender is ‘Mòviti Fermu’ getekend door onheilspellende David Lynch-trekken met Buleshkaj als de vreemdeling die de rust verstoort in de buccolische omgeving en Vaiana die weerstand biedt. Meteen een sleutelmoment van de plaat. ‘Félix’ weerklinkt als een vrolijk Italiaans dansdeuntje en is opgedragen aan drummer Félix Simtaine. Eindigen doen ze met het weemoedige ‘Kòsimo’.
Van ‘Kòsimo’ en ‘Mòviti fermu’ zijn er “live sessies” te bekijken maar nog beter is natuurlijk naar een van de concerten te gaan. Het optreden voor de release in Théâtre 140 was alleszins een gedroomde promozet. Alle elementen die de opname zo innemend maken, werden fijnzinnig maar rijkelijk uitvergroot en Vaiana lichtte elk nummer uitvoerig toe.
© Georges Tonla Briquet
Musici:
Pierre Vaiana: sopraansaxofoon
Artan Buleshkaj: gitaar
Lode Vercampt: cello
+
Nicolas Thys: contrabas
François Vaiana: zang
Lees hier het interview met Pierre Vaiana
Live 2024:
03/12 - The Black Cat Torhout
08/12 - PostX Merelbeke