Kokoroko – Could We Be More
K
Brownswood Recordings
Drie jaar vergde het van Kokoroko om een opvolger uit te brengen voor de titelloze debuut-ep, de drie daaropvolgende singles niet meegerekend. Intussen was er corona en volstonden amper zes composities om een livereputatie met uitverkochte zalen te scoren, zowel in het thuisland Verenigd Koninkrijk, als in Brazilië, India en België. Het debuutalbum werd telkens uitgesteld.
Het Londense octet is één van de parels van de (grotendeels maar niet louter zwarte) Britse new jazz en haalt de mosterd uit de West-Afrikaanse traditie en afrobeat. De gelijkenissen met de afro- en souljazz en fusion van de jaren ’70 zijn treffend, terwijl men hun tegelijk niet kan betichten van holle imitaties. Wel kon de opener ‘Tojo’ perfect op de Truth & Soul-compilatie ‘Fallin’ Of The Reel’ staan, intussen 16 jaar jong maar waaruit recent o.a. 'El Michels Affair' in de flow van de lp-revival een comeback maakten.
De spil van Kokoroko zijn drie blazende en zingende dames: Sheila Maurice-Gray (de frontvrouw op trompet en bugel), Cassie Kinoshi (altsax) en Riche Seivwright (trombone). Het recept bleef grotendeels hetzelfde, al telt ‘Could We Be More’ maar liefst 15 tracks op 48 minuten, miniatuurschilderijtjes als het ware. Zelfs niemendalletjes die nog geen minuut duren, zoals de percussiesoli van Onome Edgeworth in ‘Blue Robe‘ deel 1 en deel 2, zijn geen smet op het constant hoge niveau. De plaat begint overtuigend, doch voorzichtig qua melodieën, en lijkt ideaal om in het donker ’s avonds in de fauteuil te genieten en te bekomen van de werkdruk. Verwacht geen wild soleren, maar improvisaties die op het eerste gehoor binnen de lijntjes kleuren. Tot je het allemaal herbeluistert.
In de tweede helft met de talking drum en heerlijke vocals van Seivwright van ‘We Give Thanks’ schakelen ze bijna ongemerkt een versnelling hoger. Die drive houden ze aan in ‘Those Good Times’ en ‘War Dance’. Seivwright schittert ook op trombone in ‘Ewà Inú’ en doet aan onze eigen Nabou denken. Toch laat de rest van de band zich evenmin onbetuigd: slagwerk, afrogitaren en soms spacy aandoende toetsen zorgen voor voldoende variatie.
Zelfs meerdere beluisteringen na elkaar houden ‘Could We Be More’ spannend en ontspannend tegelijk. Eentje voor de eindejaarslijsten en de kerstboom.
© Olivier Verhelst
Musici:
Sheila Maurice-Grey - trompet, vocals
Cassie Kinoshi - altsax, vocals
Richie Seivwright - trombone, vocals
Onome Edgeworth - percussie
Ayo Salawu - drums
Tobi Adenaike-Johnson - gitaar
Yohan Kebede - synthesizers, keyboards
Duane Atherley - bas, synthesizers, keyboards