Aniello Perduto – Cade La Neve Sovrana, vicina è La Stella Lontana
A
Setola Di Maiale
De Italiaanse multi-instrumentalist Roberto Di Blasio verkoos onder het pseudoniem Aniello Perduto naar buiten te komen. Dubbele bodems alom op zijn debuutalbum voor het onafhankelijke Italiaanse label dat in het teken staat van experiment, improvisatie en non-conventionele muziek.
Over de “artiestennaam” verklaart Roberto het volgende: “In het Italiaans heeft Aniello Perduto verschillende betekenissen met zowel komische als tragische ondertoon. Het was in de eerste plaats de bedoeling mij in een rol in te leven die los stond van Roberto Di Blasio. Aniello Perduto klinkt minder persoonlijk aangezien het een veelvuldig voorkomende naam is, zeker in het zuiden. Andere begrippen in deze context zijn “verloren schaap” en “verloren ring”. Bovendien passen de klanken van “agnello” (schaap), “anello” (ring) en Aniello mooi samen. Met het bloedende schaap, zoals op de hoesafbeelding, refereer ik naar de oude Griekse cultuur waar deze dieren geofferd werden om terug in verbinding te komen met de kosmos. Aansluitend is er het woord “verloren” waarmee ik verwijs naar onze maatschappij waarin de diepgaande waarde van het leven verloren gegaan is. Tenslotte wil ik nog duiden dat een ring in se een beperkter gegeven is dan een spiraal waarin veel meer dynamiek zit. Dit alles verwerk ik in mijn muziek”.
De mozaïek van de hoestekening illustreert Roberto zijn achtergrondinformatie. De poëtische titel zelf kan vrij vertaald worden als “De soevereine sneeuw valt, de verre ster is nabij” en bevat extra achterliggende hints. “Sneeuw valt zonder zich te bekommeren waar en waarom. Het beeld van de ster aan het firmament is voor mij dubbelzijdig, zo ver en toch geeft dit een gevoel van heel dichtbij te zijn”.
De eerste twaalf seconden weerklinkt een veldopname van stromend water. Dat is niet toevallig. “In het Italiaans is er de uitdrukking “che dio ti aiuti” (God sta je bij) waarvan de oorspronkelijke inhoud ondertussen uitgehold is en zelfs eerder een ironische connotatie kreeg. Vandaar de aangepaste titel ‘Che Gorgo Ti Aiuti’ waarin God vervangen werd door “gorgo” (draaikolk) en zo meer aansluit bij wat er in onze maatschappij omgaat”.
Vervolgens flitsen gedurende veertig minuten actiescènes voorbij als in de tekenfilms van Tom & Jerry of Tex Avery. Korte stroomstoten en mini-explosies galore. Eveneens te omschrijven als punkjazz door de steeds terugkerende uitvallen die de luisteraar geen seconde rust gunnen. Enkel naar het einde toe daagt langzaam een trance soundscape op (‘Crescete E Moltiplicatevi’) van net geen elf minuten die het vorige ondermijnt. Onder de vorm van een suite schetst Di Blasio de komst van het menselijke ras, de ontwikkeling en de uiteindelijke voortzetting van een wereld zonder mensen. In het afsluitende wiegeliedje last Di Blasio opnieuw een dubbele bodem in, deze van een atoomexplosie maar ook van innerlijke strijd en catharsis.
Roberto Di Blasio leverde alle effecten, geluiden en muziek met sopraansax, altsaxofoon, drums en percussie. Hij maakte daarbij dankbaar gebruik van overdubbing. Een fragmentarische aaneenschakeling van microclusters die doet denken aan een muzikale versie van Escher zijn Penrose-trap.
© Georges Tonla Briquet
Musici:
Roberto Di Blasio: sopraan- en altsaxofoon, drums, percussie