John Scofield in his solitude






Vanuit zijn appartement in New York vertelt John Scofield over het waarom, het hoe en het repertoire van dit eerste soloalbum in meer dan veertig jaar carrière. Met de nederigheid en sympathie die hem kenmerken.

Tientallen en tientallen albums, maar nooit een solo opname, is het nooit eerder bij je opgekomen ?

Neen, niet echt. Ik heb van tijd tot tijd solo geoefend met loops thuis, maar in mijn eentje de studio ingaan, dat sprak me nooit aan, vooral omdat ik met zoveel projecten bezig was. Maar de dingen veranderden een beetje met de lockdown: ik bracht apparatuur mee naar huis waarmee ik thuis in mijn eentje kon opnemen want ik had niets anders te doen. Met deze apparatuur kun je ongelooflijke dingen doen, zoals deze loopbox waarmee je een elektrische gitaar met virtuele effecten kunt opnemen, zonder microfoon is het echt heel eenvoudig en klinkt het erg goed. Het is veel beter dan alles wat ik eerder heb gehoord.

Dacht je er niet aan om opnieuw op te nemen door een beroep te doen op andere muzikanten ?

Het is overdubbing, maar ik heb altijd de voorkeur gegeven aan direct contact met de muzikanten voor mijn opnames, we reageren tegelijkertijd, er is een onmiddellijke reactie. Welnu, hier is het een beetje wat ik deed met de loops, maar ik had nooit gedacht dat ik dat bijvoorbeeld met een drummer zou doen. Er moet een reactie zijn op wat je speelt in jazz. Het is prima voor andere muziekstijlen.

Hoe bepaalde je het repertoire ?

In de twee jaar voorafgaand aan de pandemie speelde ik een reeks solo-optredens waarin ik een repertoire ontwikkelde. En toen evolueerde het in de loop van de tijd, want als je solo speelt, zijn er zoveel mogelijkheden: je speelt standards, persoonlijke composities, stukken die op dat moment bij je opkomen. En daaruit heb ik een repertoire samengesteld.



© Maxim Schutz (ECM Records)


De meeste titels op het album lijken een spiegel van je carrière te zijn: je introduceert bijvoorbeeld "There Will Never Be Another You", dat in 1974 in Carnegie Hall op het album staat met Gerry Mulligan en Chet Baker. Dit is het allereerste album waarop je verschijnt...

Ik heb goede herinneringen aan die avond in Carnegie Hall. Ik studeerde twee jaar aan Berklee College of Music en ik woonde in Boston. Het was drummer Alan Dawson die me voorstelde aan Gerry Mulligan die een gitarist aan zijn band wilde toevoegen. Ik speelde maar een week met Gerry, dat is alles, een week in Boston in een "jazz workshop", en een maand later belde hij me terug voor het concert in Carnegie Hall, ik had het eigenlijk niet verwacht! Bovendien was het met Chet Baker die ik bewonderde, maar die ik niet kende! Ik herinner me nog dat ik erg nerveus was omdat het in Carnegie Hall was en toen zaten Ron Carter, Bob James, Harvey Mason en Creed Taylor van CTI Records in de zaal. Ik wist dat het zou worden opgenomen. En Chet speelde die avond een geweldige versie van "There Will Never Be Another You", een nummer waar ik van enorm van hou en sindsdien speel ik het geregeld.

We kennen ook je adoratie voor rock, vandaar dat « Not Fade Away » op het album staat. Had je je kunnen voorstellen een "gitaarlegende" in de rock te worden ?

Oh ja, een rockster! (lacht) Ik hou van rock, daar ben ik mee begonnen, zoals alle tieners die een gitaar oppakken. Rock, maar ook soul, Rhythm'n Blues, blues, ik werd er in mijn jeugd in ondergedompeld voordat ik naar jazz luisterde. De beat van Bo Diddley is wat ik leuk vind aan "Not Fade Away". Ik heb er nooit aan gedacht om een rockster te worden, want daarvoor moet je een goede zanger zijn. Maar jazz interesseerde me toch meer toen mij werd verteld dat ik meer geld zou verdienen met rock. Maar het was jazz dat ik wilde spelen. Maar in mijn muziek zitten ook rockelementen.

Met « Gov’t Mule » of « Medeski Martin & Wood » bijvoorbeeld...

Absoluut ! Het is muziek die mijn leven heeft doorkruist.

« Elder Dance » komt uit de blues, een andere invloed…

Dat zijn uiteindelijk mijn roots. Aan het einde van de jaren zestig was er een explosie van bluesgitaristen die me kenmerkte. Alle blanke kinderen in de sloppenwijken werden blootgesteld aan deze blues. Muddy Waters, Howlin' Wolf, B.B. King, ik hield van ze, en natuurlijk waren er ook Hendrix, Clapton en Jeff Beck naar wie ik veel luisterde, allemaal mensen die beïnvloed waren door B.B. King en de andere bluesgitaristen. Ik werd er echt in ondergedompeld.

Je herneemt ook reeds opgenomen composities zoals "Honest I Do" uit "Grace under Pressure" of "Mrs Scofield's Waltz". Ik las dat de titels van uw composities van uw vrouw zijn...

Het is gek, toch? Ze is veel beter dan ik in het vinden van de woorden. Ik praat met haar over de gevoelens die een compositie oproept en ze schrijft er een paar woorden over, ik heb geluk dat ze me daarbij helpt. "Honest I Do", dat op het album staat, is een titel van haar, het is een soort liefdeslied. Ook "Since You Were Asked", ik weet niet waar deze titel vandaan komt, maar het klinkt nog steeds goed.

En als je standards speelt, denk je dan aan de tekst ?

Ik weet niet zeker of ik er nog over nadenk. Wat zeker is, is dat als ik de tekst heb geleerd, ik het stuk anders speel dan wanneer ik ze niet ken. Als ik de tekst niet ken, heb ik de neiging om de melodie op mijn eigen manier te herschrijven, maar als ik de tekst ken, geeft het een meer realistische kant aan het nummer wat me helpt bij de interpretatie. Op dat moment speel ik niet alleen iets dat in mijn hoofd zit.

Deze zomer ben op tournee in Europa met een nieuwe band, « Yankee Go home »…

Ik noemde hem zo als een grap. Eens, in Zuid-Amerika en Europa, tijdens de demonstraties tegen de Amerikaanse interventie, riepen mensen "Americans Go home", "Yankee go Home", en ik vroeg me destijds af of de Europeanen wilden dat Amerikaanse muzikanten naar huis terugkeerden, we speelden daar zo vaak! We hadden het geluk om dit geweldige publiek te hebben. Vandaar de naam van deze groep die hits uit die jaren, de babyboomjaren, covert. Ik heb ze gearrangeerd om ze meer jazzy te maken en het klinkt erg Amerikaans… Enfin, ik weet niet echt meer wat echt Amerikaans is aan deze muziek, want tegenwoordig worden we beïnvloed door zoveel muziek van over de hele wereld. We spelen Grateful Dead, Joe Gorges, Alfie, Hey Joe...


© Nick Suttle (ECM Records)


Speel jij met je tanden ?

Je weet maar nooit (lacht).

Je bent met zoveel projecten bezig. Wat wordt het volgende idee van John Scofield ?

Ik heb niet echt gekke ideeën, maar ik wil er altijd voor zorgen dat de jazz goed is, dat er communicatie is. Ik heb net een trio-tour gehad met Bill Stewart en Vincente Archer op bas en dat ritme voelde zo goed aan dat ik graag verder met hen zou willen gaan. We zullen ook opnemen met de band waarover ik je vertelde over “Yankee Go Home” en dan is er ook nog het duo met Dave Holland. Volgend jaar speel ik een duo-optreden met Gerald Clayton.

Tekst © Jean-Pierre Goffin (vrije vertaling: Jos Demol)  -  foto’s © Nick Suttle / Maxim Schutz (ECM Records)
Een samenwerking JazzMania / Jazz’halo



Lees hier de recensie van Georges Tonla Briquet


In case you LIKE us, please click here:



Foto © Leentje Arnouts
"WAGON JAZZ"
cycle d’interviews réalisées
par Georges Tonla Briquet




our partners:

Clemens Communications





Hotel-Brasserie
Markt 2 -
8820 TORHOUT

 


Silvère Mansis
(10.9.1944 - 22.4.2018)
foto © Dirck Brysse


Rik Bevernage
(19.4.1954 - 6.3.2018)
foto © Stefe Jiroflée


Philippe Schoonbrood
(24.5.1957-30.5.2020)
foto © Dominique Houcmant


Claude Loxhay
(18/02/1947 – 02/11/2023)
foto © Marie Gilon


Pedro Soler
(08/06/1938 – 03/08/2024)
foto © Jacky Lepage


Special thanks to our photographers:

Petra Beckers
Ron Beenen
Annie Boedt
Klaas Boelen
Henning Bolte

Serge Braem
Cedric Craps
Christian Deblanc
Philippe De Cleen
Paul De Cloedt
Cindy De Kuyper

Koen Deleu
Ferdinand Dupuis-Panther
Anne Fishburn
Federico Garcia
Jeroen Goddemaer
Robert Hansenne
Serge Heimlich
Dominique Houcmant
Stefe Jiroflée
Herman Klaassen
Philippe Klein

Jos L. Knaepen
Tom Leentjes
Hugo Lefèvre

Jacky Lepage
Olivier Lestoquoit
Eric Malfait
Simas Martinonis
Nina Contini Melis
Anne Panther
Jean-Jacques Pussiau
Arnold Reyngoudt
Jean Schoubs
Willy Schuyten

Frank Tafuri
Jean-Pierre Tillaert
Tom Vanbesien
Jef Vandebroek
Geert Vandepoele
Guy Van de Poel
Cees van de Ven
Donata van de Ven
Harry van Kesteren
Geert Vanoverschelde
Roger Vantilt
Patrick Van Vlerken
Marie-Anne Ver Eecke
Karine Vergauwen
Frank Verlinden

Jan Vernieuwe
Anders Vranken
Didier Wagner


and to our writers:

Mischa Andriessen
Robin Arends
Marleen Arnouts
Werner Barth
José Bedeur
Henning Bolte
Erik Carrette
Danny De Bock
Denis Desassis
Pierre Dulieu
Ferdinand Dupuis-Panther
Federico Garcia
Paul Godderis
Stephen Godsall
Jean-Pierre Goffin
Claudy Jalet
Chris Joris
Bernard Lefèvre
Mathilde Löffler
Claude Loxhay
Ieva Pakalniškytė
Anne Panther
Etienne Payen
Jacques Prouvost
Yves « JB » Tassin
Herman te Loo
Eric Therer
Georges Tonla Briquet
Henri Vandenberghe
Iwein Van Malderen
Jan Van Stichel
Olivier Verhelst