Craig Taborn:

Ik ben geen stijlzoeker, ik probeer eerder de juiste muzikanten te vinden.

Dreamteams en supergroepen, het wemelt ervan in jazzkringen, vooral tijdens de zomerfestivals. Flagey slaagde erin om eentje te strikken, namelijk het gloednieuwe trio van saxofonist Chris Potter met drummer Eric Harland en pianist Craig Taborn. Hierbij alvast een interview met deze laatste.

Tijdens Gent Jazz was Taborn erbij voor een tribute aan de legendarische McCoy, die toen zelf een half uurtje acte de présence gaf. Het was een uiterst emotioneel concert. Op hetzelfde moment vond namelijk in Amerika de begrafenisplechtigheid plaats van pianiste Geri Allen die hier eveneens op het podium had moeten staan. Toch maakte Craig Taborn vlak na het optreden uitgebreid de tijd voor een gesprek.


Een concert annuleren doe je niet

Is dit niet een van de avonden waarop je helemaal niet wil optreden?

Slechts een paar weken geleden vernamen we dat Geri niet mee op tournee zou vertrekken. En inderdaad, nu had ik liever in New York geweest voor de plechtigheid. Toch ben je verplicht als artiest je verantwoordelijkheid te nemen. Het is tenslotte ons beroep. Een concert annuleren doe je niet. Op deze manier eren we haar. Dat zouden we niet gedaan hebben door hier weg te blijven.

In hoeverre was zij bepalend voor jouw carrière?

Ik herinner mij nog zeer goed de eerste keer dat ik haar live zag, een soloconcert in 1985. Dat moment bleef mij altijd bij. Haar werk met Oliver Lake en Wayne Shorter en ook met Steve Coleman en zijn M-Base Collective, daar kan je niet omheen, zeker niet als pianist. Ik verhuisde indertijd van Minneaopolis naar Detroit waar Geri woonde. Op die manier ontmoette ik heel wat muzikanten uit die scene zoals Marcus Belgrave en Dave McMurray.

Geri had al op jonge leeftijd een zeer eigen conceptuele invulling van muziek. Haar manier van componeren was uniek. Ook de sound, de frasering en de dynamiek waren apart. Velen van mijn leeftijdgenoten zijn door haar beïnvloed. Vraag het maar aan Jason Moran en Vijay Iyer. We hebben het daar regelmatig over.

In jouw aanpak heeft stilte een belangrijke plaats. Leerde je dat ook van haar?

Toch wel. Ze ging heel comfortabel om met grooves maar vulde niet alles op. Integendeel, ze liet veel open. Dat is iets typisch voor Detroit. In New York kennen ze meer de energieke aanpak.


Bij mij draait alles rond klank en het idee van ruimte

In je titels duiken regelmatig wiskundige referenties op.

Dat klopt maar ik ben zeker geen wiskundige (lacht). Het intellectuele aspect las ik er wel bewust in.

Je hebt duidelijk een manier gevonden om akoestisch en elektronisch perfect in evenwicht te houden.

Bij mij staan klank en ruimte centraal. Acoustics is de studie van klank in ruimte maar ik maak geen onderscheid tussen beide begrippen. Uiteindelijk is het je gehoor dat alles bepaalt, eender hoe het geluid gemaakt wordt. Het is een continue wisselwerking en beïnvloeding van verschillende factoren. Ook wat je doet om de klank te creëren en wat je erna mee aanvangt, is bepalend.

Opvallend ook hoe je regelmatig contrasten in je titels verwerkt. Na ‘Junk Magic’ en ‘Avenging Angel’ is er nu ‘Daylight Ghosts’.

Daar stond ik nooit bij stil. Mijn interesse gaat naar veronderstellingen en connotaties die ik dan in vraag stel. Waarom zouden er overdag bijvoorbeeld geen geesten zijn? Ik hou ervan overbekende begrippen net wat anders voor te stellen. Zo krijg je verrassende invalshoeken die dan uitmonden in nieuwe ideeën.

Verwijs je met ‘The Shining One’ en ‘New Glory’ naar iconische en religieuze elementen?

Ja…. Maar ik ga niet alles uitleggen, ik heb mijn visie hierover (lacht).


De notie van stijl of genre past niet bij hem, het is gewoon Monk

Je kan dit jaar niet om Monk heen. Welke was zijn invloed?

Enorm, in elke zin. Hij is een “original” en had een pure stem. De notie van stijl of genre past niet bij hem, het is gewoon Monk. Je kan zijn muziek ontleden maar uiteindelijk moet je besluiten dat hij enkel zichzelf was. Je hoort meteen wanneer iemand goed naar Monk geluisterd heeft. Je kan dat niet verbergen. Hij creëerde een heel specifieke wereld die je nergens anders terugvindt. Geen enkele compositie van hem lijkt op de andere. Er zijn geen reeksen met dezelfde trucjes en toch hoor je steeds Monk. Hier kan je terecht spreken van een iconoclastisch genie. Zijn persoonlijkheid is zijn muziek. Vergeet niet dat hij er midden de bebopperiode was en toch bleef hij zichzelf.

Vreemd bij hem is dat er geen enkele plaat uit zijn oeuvre bovenuit steekt.

Dat klopt. Zijn invloeden zijn nochtans overduidelijk. Hij komt van de stride. Dat is geen geheim maar hoe hij het allemaal een perspectief gaf, dat is technisch briljant, ondanks wat velen beweren. Er is nooit een fout. Alles wat hij speelt, is wat hij wilde en bedoelde op dat precieze moment. Zo kan ik nog uren doorpraten over Monk (lacht).

Voor het concert in Flagey ben je omringd door Chris Potter en Eric Harland.

Het is een nieuwe groep. Chris en ik wonen vlakbij elkaar en we praten dikwijls over honderd en een onderwerpen. Dit trio is zijn initiatief. Bij hem moeten er steeds mogelijkheden zijn om te bewegen. Hij hecht ook veel belang aan de balans tussen acoustiscs en electronics en wil dat dan uitwerken met gelijkgestemde stilisten. Diversiteit boven alles. Je kan spreken van vrijheid die naar grooves vertaald wordt en omgekeerd.

Kunnen we het hebben over een New Yorkse aanpak?

Dat is moeilijk te vatten omdat ik er woon. Ik zou niet weten hoe je dat moet omschrijven. Muzikanten denken daar minder over na. Gisteren zat ik in het hotel aan de bar met Terrace Martin, producer van Kendrick Lamar. Ze hebben hun eigen perspectief maar muziek draait vooral om persoonlijkheden. Ik ben geen stijlzoeker, ik probeer eerder de juiste muzikanten te vinden. Als je de muziekgeschiedenis bekijkt, zijn het steeds de creatieve geesten die nieuwe stromingen op gang brengen. Je kan spreken van een West Coast en een East Coast maar de combinatie van personen is de kern. Zoals mijn kwartet. Die muzikanten zijn van zowat overal. Je kan dan ook moeilijk spreken van een “New York thing”.

Welke is de laatste cd die je kocht?

De speciale heruitgave van Prince zijn ‘Purple Rain’ wegens de extra tracks. Ongelooflijk wat daartussen zit. Het is muziek waar ik mee opgroeide. Daarnaast kocht ik tegelijkertijd nog eentje van Chrome, een industrial underground punkcrash band uit San Francisco.


Tekst © Georges Tonla Briquet  -  foto's © Willy Schuyten en Geert Vandepoele


Info

SAX NIGHT: vrijdag  01 december 2017

19:30: The Best of Belgian Jazz 17|18

Ben Sluijs Quartet

Ben Sluijs, saxofoon
Bram De Looze, piano
Lennart Heyndels, contrabas
Dré Pallemaerts, drums

21:00 (studio 4)

Chris Potter Trio

Chris Potter, saxofoon
Craig Taborn, fender rhodes, piano
Eric Harland, drums

COMBI TICKET: Ben Sluijs Quartet + Chris Potter Trio: € 35
TICKET: Chris Potter Trio alleen: € 26 > 21


Donderdag 3 mei 2018 - 20:00

Craig Taborn Quartet

Craig Taborn, piano, elektronica
Chris Speed, rieten
Chris Lightcap, contrabas
Dave King, drums, elektronica

info:
http://www.bijloke.be/



De Warande Turnhout

Vrijdag 4 mei 2018 - 20:10

Craig Taborn Quartet

Craig Taborn, piano, elektronica
Chris Speed, rieten
Chris Lightcap, contrabas
Dave King, drums, elektronica

concert i.s.m. De Singer Rijkevorsel

info:
https://www.desinger.be/


In case you LIKE us, please click here:



Foto © Leentje Arnouts
"WAGON JAZZ"
cycle d’interviews réalisées
par Georges Tonla Briquet




our partners:

Clemens Communications





Hotel-Brasserie
Markt 2 -
8820 TORHOUT

 


Silvère Mansis
(10.9.1944 - 22.4.2018)
foto © Dirck Brysse


Rik Bevernage
(19.4.1954 - 6.3.2018)
foto © Stefe Jiroflée


Philippe Schoonbrood
(24.5.1957-30.5.2020)
foto © Dominique Houcmant


Claude Loxhay
(18/02/1947 – 02/11/2023)
foto © Marie Gilon


Pedro Soler
(08/06/1938 – 03/08/2024)
foto © Jacky Lepage


Special thanks to our photographers:

Petra Beckers
Ron Beenen
Annie Boedt
Klaas Boelen
Henning Bolte

Serge Braem
Cedric Craps
Christian Deblanc
Philippe De Cleen
Paul De Cloedt
Cindy De Kuyper

Koen Deleu
Ferdinand Dupuis-Panther
Anne Fishburn
Federico Garcia
Jeroen Goddemaer
Robert Hansenne
Serge Heimlich
Dominique Houcmant
Stefe Jiroflée
Herman Klaassen
Philippe Klein

Jos L. Knaepen
Tom Leentjes
Hugo Lefèvre

Jacky Lepage
Olivier Lestoquoit
Eric Malfait
Simas Martinonis
Nina Contini Melis
Anne Panther
Jean-Jacques Pussiau
Arnold Reyngoudt
Jean Schoubs
Willy Schuyten

Frank Tafuri
Jean-Pierre Tillaert
Tom Vanbesien
Jef Vandebroek
Geert Vandepoele
Guy Van de Poel
Cees van de Ven
Donata van de Ven
Harry van Kesteren
Geert Vanoverschelde
Roger Vantilt
Patrick Van Vlerken
Marie-Anne Ver Eecke
Karine Vergauwen
Frank Verlinden

Jan Vernieuwe
Anders Vranken
Didier Wagner


and to our writers:

Mischa Andriessen
Robin Arends
Marleen Arnouts
Werner Barth
José Bedeur
Henning Bolte
Erik Carrette
Danny De Bock
Denis Desassis
Pierre Dulieu
Ferdinand Dupuis-Panther
Federico Garcia
Paul Godderis
Stephen Godsall
Jean-Pierre Goffin
Claudy Jalet
Chris Joris
Bernard Lefèvre
Mathilde Löffler
Claude Loxhay
Ieva Pakalniškytė
Anne Panther
Etienne Payen
Jacques Prouvost
Yves « JB » Tassin
Herman te Loo
Eric Therer
Georges Tonla Briquet
Henri Vandenberghe
Iwein Van Malderen
Jan Van Stichel
Olivier Verhelst