Alex Koo

‘Telkens ik muziek hoor zie ik de noten en aangeslagen toetsen zo voor mij’







Alex Koo (32) was voorbestemd om concertpianist te worden, maar het interpreteren van alleen maar andermans werk was niet bepaald zijn droom. Vanuit de piano en een absoluut gehoor zocht hij een eigen benadering van de muziek en vond de bevrijding door improvisatie. Hij liet zijn andere passie voor biochemie varen om volledig voor de muziek te kiezen. Na lessen jazzpiano aan het Conservatorium van Kortrijk studeerde hij verder aan het conservatorium in Den Haag, behaalde zijn Bachelor en Masterdiploma jazzpiano in Amsterdam, volgde een jaar Erasmusuitwisseling in Kopenhagen en werd Master in Jazzcompositie aan de Steinhardt School of Culture in New York.

Tijdens dit parcours absorbeerde hij kennis en ervaring van Dominique Vantomme, Kris Goessens, Kenny Werner, Craig Taborn, Barry Harris, Jakob Bro. Hij bracht tot nu toe vijf albums uit met als voornaamste medespelers: Attila Gyarfas, Mark Turner en Ralph Alessi. Nu brengt hij in Bozar op 8 mei 2022 de concertpremière van zijn solo piano album ‘Etudes’ dat in maart 2023 zal verschijnen. En in september 2022 wordt hij pianodocent aan het LUCA School of Arts in Leuven. Voor ons een dynamische en enthousiaste toppianist die zijn begenadigd verhaal graag deelt.


Alex Koo kreeg al vanaf zijn vijfde pianolessen van zijn Japanse moeder. Zijn Vlaamse vader was minder met muziek begaan, zijn twee broers wel. De oudste volgde nog conservatorium maar besloot dat het niet zijn ding was. Alex’ zes jaar oudere broer, Mark Derudder, ging voluit voor klassieke viool, studeerde en woont al enige tijd in Engeland. Hij is nu co-leider van het Bournemouth Symphony Orchestra.

Tot zijn tiende jaar werd Alex Koo klassiek opgeleid. Rond zijn zeventiende jaar stond hij voor de keuze om voor die andere passie, biochemie, of voor de muziek te gaan. Hij trok daarop naar het Conservatorium te Kortrijk en vond er een uitstekende pianoleraar, Dominique Vantomme, die hem warm maakte voor jazz en improvisatie.



Alex Koo:
Dominique Vantomme wist me te motiveren, heeft me vrij laten evolueren en toch gepusht in de juiste richting. Daar heb ik achteraf bekeken echt veel aan gehad.

Op zijn aanraden ben ik eerst naar het conservatorium van Den Haag gegaan. Die stond bekend als de jazzleerschool buiten New York. In de jaren 80-90 trok iedereen er naartoe. Toch voelde ik me daar niet echt op mijn plaats en ben dan naar het conservatorium van Amsterdam getrokken. Die periode zag je een verschuiving van heel wat studenten uit Den Haag naar Amsterdam. Mijn mentor in Amsterdam was de Belgische pianist Kris Goessens, die in mijn laatste jaar Master overleed. Hij raadde me nog een jaar studie aan in Kopenhagen. Ik was heel close met Kris en vrienden-muzikanten uit Den Haag, Simon Rigter en Ben van den Dungen, hebben me dadelijk op de hoogte gebracht van die dramatische gebeurtenis. Kris was een soort tweede vader voor mij en hem op die wijze verliezen kwam hard aan, echt een droevig moment in mijn leven.

Welke pianisten zie je als inspirerend ?

Alex Koo: Een van de meest inspirerende jazzpianisten vandaag vind ik Craig Taborn. En natuurlijk blijft Keith Jarrett een voorbeeld. De New Yorkse scene blijft ook geweldige pianisten naar voren schuiven : David Virelles, Kris Davis, Sam Harris en Matt Mitchell bijvoorbeeld.

Ik zou niet echt spreken van grenzen verleggen of innovatief zijn. Dat hoeft niet perse voor mij. Wat vorige generaties al deden en hebben ontdekt, maakt dat je zelf op zoek moet gaan naar iets anders, omdat je geen andere keuze hebt. Het is een proces, ik kijk uit naar dingen die me inspireren en op een natuurlijke manier doe ik er wat mee.

Speelt je klassieke achtergrond een rol ?

Alex Koo: Mijn klassieke opleiding is handig omdat het ervoor zorgt dat er technisch niets in de weg zit. Zo kan ik me volledig toeleggen op improvisatie.

Toen ik naar het jazzconservatorium ging, heb ik nooit een toonladder moeten oefenen. Als ik klassiek Chopin of Rachmaninov speel, beheers ik de virtuositeit en memorisatie, het pure fysieke van de beweging van de armen, al die details vergen een andere manier van nadenken.

Als je het puur technisch beschouwd is jazz daarom niet makkelijker, maar het is een andere mindset. De vinger- en armtechniek hoefde ik zelf niet in te oefenen, wel het aspect van improvisatie. Het groeien als improvisator, de beslissing die je neemt op het podium, het inzicht in de harmonie en de kennis, dat was voor mij de grootste uitdaging.

Wie zijn in klassiek je voorbeelden ?

Alex Koo: Wat mij vooral interesseert zijn pianist-componisten. Ik vind dat hedendaagse muziek dat wat ontbeert. Vroeger waren de grote pianocomponisten ook zelf pianisten, de generatie Chopin, Rachmaninov. De grootste talenten zaten zelf in de oefenkamer, waren obsessief begaan met het instrument. Olivier Messiaen is een perfect voorbeeld als geniaal organist, die net als Bach door dat instrument prachtig heeft gecomponeerd.

De musicus en instrumentalist die componist is, dat inspireert me. Zoals mijn pianosolo ‘Etudes’ waar heel veel improvisatie mee gemoeid is, maar dit vertrekt altijd vanuit het instrument. Niet louter vanuit een melodie, maar vanuit de piano ontdekken hoe je componeert.

Chopin of Rachmaninov spelen, dat voelt zo prettig aan. Heel anders dan in sommige hedendaagse, twaalftonige composities die vertrekken vanuit de computer, daar zit geen directe band met het instrument zelf in.


© Robert Hansenne


"De musicus en instrumentalist die componist is, dat inspireert me.
Zoals mijn pianosolo ‘Etudes’ waar heel veel improvisatie mee gemoeid is,
maar die vertrekken altijd vanuit het instrument.
Niet louter vanuit een melodie, maar vanuit de piano ontdekken hoe je componeert."



Hoe wil je je profileren als pianist-componist ?

Alex Koo: Zowel als pianist, improvisator en componist. Dat vormt voor mij een heel natuurlijk geheel. Ik heb vooral leren componeren omdat ik veel andermans muziek heb gespeeld. Indirect bestudeer je die muziek dan ook wel. Ik heb ook het geluk dat ik vroeg begonnen ben met klassieke piano. Al van jongs af aan heb ik een absoluut gehoor. Als ik muziek hoor en al zeker op piano, dan visualiseer ik direct de noten op de piano. Ik weet wat er gebeurt.

Als ik naar een concert ga dan zie ik letterlijk de aangeslagen toetsen voor mij. Als ik muziek bestudeer en afspeel in mijn hoofd, dan hoor ik de harmonie, ben ik al bezig met de analyse van het stuk. Al is het vooral het buikgevoel dat speelt en niet zozeer de techniek.

Je absoluut gehoor dank je misschien aan je vroege studies door je Japanse moeder; in Japan hebben 70% van de conservatoriumstudenten het, doordat ze al vroeg leren muziek spelen…

Alex Koo: Ik weet dat in bepaalde Oosterse culturen, ook in bepaalde delen van China, Korea en Japan vaak tonaal wordt gepraat. Bepaalde woorden en frasering weerklinken op een bepaalde toonhoogte. Radiolab, een podcast van WNYC, een openbaar radiostation in New York City, heeft dat absoluut gehoor verder onderzocht. Het vroeg met muziek bezig zijn helpt zeker. Bepaalde boventonen spelen ook een rol.

Ooit keek mijn pianoleraar verbazend op toen ik zo voor hem de noten en aanslagen aangaf zonder dat ik hem kon zien piano spelen. Ik heb ook een drummer die een absoluut gehoor heeft: Antoine Pierre.

Voor compositieleer trok je naar New York…

Alex Koo: Aan de Steinhardt Universiteit heb ik compositie en orkestratievakken gestudeerd. Daar stak ik ook veel op van hedendaagse muziek, zelfs twaalftonenmuziek, waar ik op zich niet tegen gekant ben, daar heb ik ook mooie dingen in ontdekt. Het meeste maak ik me eigen door te luisteren en na te spelen.

Ik ben nu meer en meer cyclisch gaan componeren. Een idee nemen en dat over een ander idee spreiden, net zoals je twee ellipsen neemt die op een bepaald moment samenvallen en weer uit elkaar gaan, net zoals een baan rond de planeten. Veel hedendaagse muziek kent die manier van componeren. Zeker als improvisator voel ik dat beter aan dan het spelen vanuit een melodie. Ik vind het zelfs leuk om over oudere jazzstandards te improviseren, dat is een passie van mij. Dat is een dagelijkse oefenroutine. Ik ga zelf geen standard componeren, dat kun je moeilijk verbeteren. Monk, Wayne Shorter en Mingus deden het op hun manier wel. Een netjes omlijnde akkoordenstructuur interesseert me minder. De extra uitdaging is het improviseren over een constante factor. Terwijl twee of drie ritmisch elliptische vormen in mijn hoofd bezig zijn met elkaar en terug samenvallen voeg ik daar een dimensie aan toe met te improviseren. Dat is anders dan om de vier tellen een akkoord.


Je speelt soms met gebalde vuisten, hamerend of met speciale handzetting, hoe kom je daar bij ?

Alex Koo: Ik ben daar heel toevallig op gekomen. Op de Steinhardt Universiteit maakte ik kennis met pianiste Marilyn Nonken, een goeroefiguur als het gaat om hedendaagse pianomuziek. Ik volgde de jazzafdeling in hetzelfde gebouw en kwam haar geregeld tegen. Ik volgde ook een workshop van haar. Ze wist alles over hedendaagse en zelfs de meest obscure muziek. Zo heb ik van haar wat ‘obscure’ partituren kunnen ontfutselen, heel rare genoteerde muziek, met aanwijzingen van het spelen met armen en handpalmen, blazend op de piano, fluitende tonen, aan de snaren zitten… hoogst freaky. Hoe die componisten de piano benaderen was een openbaring. Het instrument ten volle benutten om er iets anders mee te doen. Zelfs al klinkt het niet als muziek. Bij een concert van zo’n componist ga je het niet achteraf nazingen of fluitend naar huis. Een shockerende ervaring, maar inspiratievol.


"Van Marylin Nonken heb ik wat obscure partituren kunnen ontfutselen, heel rare genoteerde muziek,
met aanwijzingen van het spelen met armen en handpalmen, blazend op de piano, fluitende tonen,
aan de snaren zitten…hoogst freaky. Hoe die componisten de piano benaderen was een openbaring."



Je schreef al enkele ‘Etudes’ vooraleer Bozar kwam aankloppen voor je soloproject als deel van de Next Generation concerten…

Alex Koo: Ik had al drie etudes gecomponeerd op mijn album ‘Appleblueseagreen’. Na een concert met Matthias Van den Brande rond ‘Opus #1’ was mijn pianospel opgevallen door Roel Vanhoeck (verantwoordelijke Jazz bij Bozar - nvdr) die me daarop aansprak om piano solo te spelen in Bozar. Ik wees hem toen op mijn ‘Etudes’ en dat ik heel graag een heel boek wou componeren.

Uiteindelijk zijn het 12 etudes geworden. De drie eerste speel ik niet zo vaak meer. Op het Bozar premièreconcert op 8 mei 2022 speel ik er 8 die ik de jongste twee jaar schreef. Die zijn opgenomen voor release op cd en lp in maart 2023.

Wat mogen we verwachten van het ‘Etudes’ concert ?

Alex Koo: Er zitten wat verrassingen bij, en inderdaad, ik speel soms ook met armen en handpalmen. Dat betekent niet dat het obscure wendingen aanneemt, het is helemaal geen free jazz, toch kan een bepaald nummer misschien onbedoeld shockeren. De band met het publiek vind ik bij een soloperformance heel belangrijk, zeker als er een verhaal achter schuilgaat.

Ik hecht veel belang aan communicatie. Al is het niet altijd gemakkelijk, toch voel ik me comfortabel genoeg om uitleg te geven. Stress ken ik niet op het podium.

Soms is veel uitleg niet nodig, zo is er eentje uit liefde geschreven voor mijn dochter, ‘Luna Umi’. Een ander gaat over de jacht van de walvis, heel obscuur en donker, dan geef ik de luisteraar mee waarom sommige delen zo klinken. Ik beeld me in wat een regisseur of een schrijver zou doen en hoe ik overbreng met de piano. Echt met een verhaal bezig zijn.

De studio-opnames van de ‘Etudes’ zijn intussen voltooid…

Alex Koo: Jawel, die zijn drie weken geleden in april opgenomen in de prachtige studio van Jef Neve op zijn Fazioli piano. Het is telkens een uitdaging want elk instrument is uniek. Die Fazioli piano is heel speciaal want in bepaalde registers reageert die heel anders dan een Steinway. Het klinkt compleet anders. De ‘Etudes’ zijn technisch iets moeilijker dan een uur jazz improviseren of in kwartet spelen. Dan begrijp ik beter waarom klassieke concertpianisten selectief zijn op hun instrument en een vaste pianotechnicus koesteren. Voor mij is het een luxesituatie want ik heb veel in rokerige kroegjes of lawaaierige clubs gespeeld, op piano’s die half kapot waren. Dus als ik op een mooie pianovleugel die perfect gestemd is mag spelen ben ik hoogst gelukkig.



"Die Fazioli piano is heel speciaal want in bepaalde registers reageert die heel anders dan een Steinway.
Het klinkt compleet anders. De ‘Etudes’ zijn technisch iets moeilijker
dan een uur jazz improviseren of in kwartet spelen."


Waarom die keuze van Jefs studio en Fazioli ?

Alex Koo: Ik zocht gewoon een plek die karakter had. Ik had eventueel een kerk in gedachten en had al een Steinway D van Maene op het oog. Maar Dieter Claeys, de technicus die voor Jefs studio werkt en instond voor de opnames van mijn vorige plaat stelde voor om langs de studio te komen omdat volgens hem daar precies stond wat ik nodig had.

Ik moest van het clichébeeld van hoe het klinkt op Steinway af, en de Fazioli benaderen vanuit een heel ander perspectief. We namen acht etudes op en twee ervan hebben een heel hoog gehalte aan improvisatie. De rijke bassen van de Fazioli piano en de octaven klinken geweldig. De donkere tonen hebben een projectie die je niet vindt in een Steinway en zo heb ik heel anders geïmproviseerd. Het resultaat bevalt me heel erg. Zo heb ik nu een solo piano-cd die anders zal klinken dan de standaard moderne jazz solo piano-opname.

Is het jazz of klassiek ?

Alex Koo: Ik wil dat de mensen of ze van klassiek of jazz houden, gewoon open-minded luisteren. Ik probeer me minder te profileren als uitsluitend jazzmuzikant. De etudes duwen me meer in de klassieke richting. En met electronics wil ik evengoed wat betekenen als singer-songwriter. Ik wil me niet in een hokje laten duwen. Ik neem gewoon als een spons alles op en doe er wat mee. Ik hoop dat alle liefhebbers van pianomuziek naar het concert komen. Er valt voor iedereen wat te ontdekken.

Je bent ook met electronics bezig…

Alex Koo: Dat is gewoon uit nieuwsgierigheid. Ik ben fan van Flying Lotus, vooral zijn eerste album ‘1983’ (Plug Research, 2006-nvdr). Toen ik naar New York trok ben ik naar hem gaan luisteren. Het is zo cool wat hij doet. Ik ben dan zelf in electronica gedoken: producen, mixen, masteren, hoe krijg je saturatie in bepaalde plug-ins enz., heel obsessief zoals ik wel meer doe. Dat is soms meer een vloek dan een zegen.

Hoe zie je de toekomst, welke richting wil je nog inslaan… ?

Alex Koo: Heel moeilijk te zeggen. Nu focus ik me volledig op solo piano. Er volgt een uitgebreide tournee langs alle grote zalen in het najaar en naar de release toe volgend jaar.

Ik wil ook graag nog wat maken rond piano en symfonieorkest. Een van mijn composities herwerken voor orkest of een nieuw stuk schrijven, mogelijk een concerto. Componeren geeft me veel voldoening.

Tekst © Bernard Lefèvre (mei 2022)  -  foto's © Roger Vantilt / Bernard Rie Photographies / Robert Hansenne





Bozar concert: 8 mei 2022 – 11u


Info en concertagenda:
https://www.alexkoomusic.com/

Release ’Etudes’ (W.E.R.F. maart 2023)


In case you LIKE us, please click here:



Foto © Leentje Arnouts
"WAGON JAZZ"
cycle d’interviews réalisées
par Georges Tonla Briquet




our partners:

Clemens Communications





Hotel-Brasserie
Markt 2 -
8820 TORHOUT

 


Silvère Mansis
(10.9.1944 - 22.4.2018)
foto © Dirck Brysse


Rik Bevernage
(19.4.1954 - 6.3.2018)
foto © Stefe Jiroflée


Philippe Schoonbrood
(24.5.1957-30.5.2020)
foto © Dominique Houcmant


Claude Loxhay
(18/02/1947 – 02/11/2023)
foto © Marie Gilon


Pedro Soler
(08/06/1938 – 03/08/2024)
foto © Jacky Lepage


Special thanks to our photographers:

Petra Beckers
Ron Beenen
Annie Boedt
Klaas Boelen
Henning Bolte

Serge Braem
Cedric Craps
Christian Deblanc
Philippe De Cleen
Paul De Cloedt
Cindy De Kuyper

Koen Deleu
Ferdinand Dupuis-Panther
Anne Fishburn
Federico Garcia
Jeroen Goddemaer
Robert Hansenne
Serge Heimlich
Dominique Houcmant
Stefe Jiroflée
Herman Klaassen
Philippe Klein

Jos L. Knaepen
Tom Leentjes
Hugo Lefèvre

Jacky Lepage
Olivier Lestoquoit
Eric Malfait
Simas Martinonis
Nina Contini Melis
Anne Panther
Jean-Jacques Pussiau
Arnold Reyngoudt
Jean Schoubs
Willy Schuyten

Frank Tafuri
Jean-Pierre Tillaert
Tom Vanbesien
Jef Vandebroek
Geert Vandepoele
Guy Van de Poel
Cees van de Ven
Donata van de Ven
Harry van Kesteren
Geert Vanoverschelde
Roger Vantilt
Patrick Van Vlerken
Marie-Anne Ver Eecke
Karine Vergauwen
Frank Verlinden

Jan Vernieuwe
Anders Vranken
Didier Wagner


and to our writers:

Mischa Andriessen
Robin Arends
Marleen Arnouts
Werner Barth
José Bedeur
Henning Bolte
Erik Carrette
Danny De Bock
Denis Desassis
Pierre Dulieu
Ferdinand Dupuis-Panther
Federico Garcia
Paul Godderis
Stephen Godsall
Jean-Pierre Goffin
Claudy Jalet
Chris Joris
Bernard Lefèvre
Mathilde Löffler
Claude Loxhay
Ieva Pakalniškytė
Anne Panther
Etienne Payen
Jacques Prouvost
Yves « JB » Tassin
Herman te Loo
Eric Therer
Georges Tonla Briquet
Henri Vandenberghe
Iwein Van Malderen
Jan Van Stichel
Olivier Verhelst